In de Europese diergezondheidsverordening staat welke dierziekten door lidstaten bestreden moeten worden. Het voorkomen en bestrijden van dierziekten valt namelijk onder deze verordening. Zo is de aanpak in alle lidstaten van de Europese Unie zoveel mogelijk hetzelfde. Daarnaast heeft het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) in de Wet dieren nog extra dierziekten en diersoorten aangewezen die meldingsplichtig zijn, aanvullend op de Europese Diergezondheidsverordening. Sommige dierziekten zijn vanwege hun ernst naast aangifteplichtig ook bestrijdingsplichtig. Hiervoor wordt met verschillende nationale beleidsdraaiboeken gewerkt.
Een dierziekte wordt als besmettelijke dierziekte aangewezen indien zij zich snel uitbreidt, ernstige schade brengt aan de betrokken diersoort, niet voldoende afneemt met normale bestrijdingsmiddelen, een gevaar vormt voor de volksgezondheid of volgens internationale afspraken bestreden wordt (Wet dieren, artikel 5.3 ‘Aanwijzing dierziekten, zoönosen en ziekteverschijnselen’).
Een melding moet gedaan worden bij de NVWA en de meldingsplicht geldt voor dierhouders en dierenartsen. Hierbij is reeds de verdenking van een besmettelijke dierziekte meldingsplichtig. Ook medewerkers van veterinaire laboratoria zijn verplicht de diagnose van een meldingsplichtige dierziekte te melden. Voor sommige dierziekten geldt een meldingsplicht uitsluitend voor dierenartsen en laboratoria.
De NVWA meldt verdenkingen en bevestigingen van besmettelijke dierziekten aan de burgemeester van de gemeente waarin de dieren in kwestie worden gehouden. Meestal gaat het over een veehouderij maar het kan ook een particulier met een ziek gezelschapsdier zijn. Wanneer de ziekte een zoönose is, wordt ook de GGD op de hoogte gesteld.
In de beleidsdraaiboeken staat per dierziekte wat er moet gebeuren om een dierziekte te bestrijden en wie dat moet doen. Zo kan een land gebieden instellen waar een vervoersbeperking geldt. Of besluiten om besmette dieren te doden. Taak van de betrokken gemeente is om hier medewerking aan te verlenen, zoals aan het plaatsen en het weer verwijderen van waarschuwingsborden en kentekenen (Wet dieren, Artikel 5.8 ‘Medewerking burgemeesters’).
Bron foto: Vervoersverbod (©Hielke Boorsma via Flickr)